Dit verhaal is opgeschreven en verteld op donderdag 23 april 2020. De schrijver is Ad van Hees (14-02-1958), uit Nispen. Het verhaal past in het project Verhalentelefoon en heeft raakvlakken met het initiatief Ik Vergeet Je Niet tijdens de coronacrisis van 2020.
Tijdens de Nationale Museumweek nam Irma Hopstaken-Oostvogels contact met ons op. Het dagboek van haar vader bevat prachtige verhalen en tekeningen. In dit verhaal beschrijft hij zijn wondervolle reis in september 1953.
Tijdens de schrijfcursus kreeg Cobie de opdracht om een verhaaltje te schrijven met de woorden auto, vrouw, fanatiekeling, verkeerszuil, menu en verschrikkelijk. Oordeel zelf of het haar gelukt is.
Dit verhaal stuurde Harry van Overveld ons. Probeer het maar eens te lezen zonder te lachen ..... !
Dit verhaal van Karel Schrooyen is bijzonder, omdat het een tijdsbeeld schetst van de hergeboorte van het carnavalsfeest na de oorlog in Wouw en Roosendaal.
Jeannine Hermans was eindredacteur van Brabants Nieuwsblad toen er een melding binnenkwam van een wel heel bijzondere brand in de binnenstad van Roosendaal.
Coby Volmers nam in 1986 deel aan een schrijfcursus. Toen de opdracht "schrijf een rondeel" kwam was ze er van overtuigd dat ze dat niet kon. Maar na een nachtje slapen werd ze 's ochtends wakker met inspiratie en schudde ze dit rondeel zo uit haar mouw.
Een leuke limerick werd ingestuurd door Cees Mostert. Zou het autobiografisch zijn?
Coby maakte een gedicht naar aanleiding van een krantenbericht waar de inwoners van de wijk Kalsdonk erg boos van worden.
Een nieuw gedicht van Cees Sep met de felicitaties aan de op donderdag 30 januari 2020 nieuwe gekozen stadsdichter van Roosendaal: Babette van Rijt-de Wijs.
Cees Sep kijkt terug op zijn tijd bij Dansistituut Ad de Bra. Ook hij zette in colbertje, wit overhemd en stropdas zijn eerste stappen op de (gladde) dansvloer in de Roosendaalse Stationsstraat.